Witziekte / Meeldauw bestrijden met UV-licht
CleanLight methode bij aardbeien
Aardbeiplanten zijn vatbaar voor witziekte / meeldauw, waardoor je gewasbeschermingsmiddelen moet gebruiken. In het kader van de geïntegreerde teelt (IPM) werden de mogelijkheden van behandelingen met UVc-licht (CleanLight methode) tegen witziekte in de substraatteelt van aardbeien onderzochtop Proefcentrum Hoogstraten.
Witziekte & Echte meeldauw
Hoewel de gevoeligheid voor witziekte van sommige nieuwe aardbeivariëteiten relatief laag is, blijft dit toch een belangrijke ziekte om onder controle te houden. Het hoofdras Elsanta is namelijk wel gevoelig voor deze schimmel. Witziekte of echte meeldauw (Podosphaera macularis) kan voorkomen zowel op de bladeren als op de vruchten.
Bij aantasting van het blad ontstaan er plekjes met wit schimmelpluis, die stilaan uitbreiden wanneer er niet wordt ingegrepen. Het blad zal ten gevolge van de aantasting beginnen opkrullen aan de randen, hetgeen een dichtgeknepen bladstand oplevert. In een later stadium kan er bladnecrose zichtbaar worden. Door de infectie wordt het blad beschadigd en zal het fotosynthetisch oppervlak verkleinen. Vanzelfsprekend is dit nadelig voor onder andere de productie. Daarnaast kan de witziekteschimmel ook de bloemen of de vrucht aantasten. Indien de vrucht wordt geïnfecteerd zal de vruchtkwaliteit ondermaats worden en wordt de bewaarbaarheid verkort. Wanneer de bloem wordt geïnfecteerd, kan de pollenproductie worden aangetast waardoor de vruchtzetting moeilijker verloopt.
De witziekteschimmel kan als ingekapselde geslachtelijke sporen of als mycelium overwinteren op bijvoorbeeld oude bladeren. In de lente zullen er sporen ontwikkelen en zich verspreiden. De verspreiding van sporen en de ontwikkeling van de ziekte gaat het vlotst bij temperaturen tussen 15 en 25 °C. Daarnaast is een hoge luchtvochtigheid noodzakelijk (meer dan 70 % RV) waarbij het belangrijk is dat het gewas niet nat is. Regen zorgt voor een afspoeling van de sporen, zodat de kans op infectie verkleint. Door deze voorwaarden komt echte meeldauw voornamelijk voor in beschermde teelten in de periode mei tot oktober. In augustus en september is de witziektedruk vaak het hoogst ten gevolge van de vaak vochtige nachten en warmere dagen, de ideale omstandigheden voor deze schimmelziekte.
Bestrijding
Witziekte kan je momenteel met behulp van gewasbeschermingsmiddelen onder controle houden. Er zijn verschillende chemische middelen erkend in de Belgische aardbeienteelt. Elk product heeft richtlijnen voor het aantal toepassingen, wachttijden, teeltsystemen… zodat de MRL’s (maximale residu limiet) niet overschreden worden mits juiste toepassing.
CleanLight UV
Met het oog op het verminderen van de residu’s en om te komen tot een meer geïntegreerde teelt, werden er dit jaar op het Proefcentrum Hoogstraten proeven gestart met de CleanLight methode op basis van CleanLight UV ter bestrijding van witziekte. De CleanLight methode is gebaseerd op een zeer lage dosering van een speciaal geselecteerd deel van het UV-spectrum. Met behulp van dit UV-licht is het mogelijk om schimmels af te doden zonder (chemische) residu’s achter te laten en zonder het gewas nat te spuiten. De proef verliep in samenwerking met de firma CleanLight die deze gepatenteerde gewasbeschermingstechniek ontwikkelde. Na positieve resultaten in onder andere de rozenteelt en bij aardbeiplantjes in labo-omstandigheden op het pcfruit, was het tijd om deze techniek uit te testen bij de substraatteelt van aardbeien. De bedoeling van de proef is om na te gaan wat het potentieel van deze gewasbeschermingstechniek is bij aardbeien op substraat. Hoe dit dan verder naar de praktijk moet vertaald worden, is een volgende stap. In de rozenteelt is men bijvoorbeeld tot een geautomatiseerd systeem gekomen. Op Horti Fair werd hiervan een voorbeeld getoond voor een tomatenserre.
Proeven
Een proef werd in een plastic serre opgestart in een najaarsteelt met plantdatum 20 juli 2010. Zoals hoger vermeld is de infectiedruk relatief hoog in deze periode en in dit teeltsysteem. De proef werd uitgevoerd met het ras Elsanta aan een plantdichtheid van 9,6 planten per vierkante meter. Voor deze proef werden enkele lampen op een kar gemonteerd zodat hiermee tussen de teeltgoten kon worden gereden. De lampen werden zo gemonteerd dat er naast zijdelingse straling zowel licht van boven als van onder op de planten en vruchten werd gericht.
Na de montage van de lampen werden er UV-metingen uitgevoerd op allerlei posities in het gewas. Op die manier bleek dat bij een dosering van 25 milli-joule (mJ) de slechtst bereikbare positie van het blad ook de minimum dosering voor de schimmelbestrijding ontving. De behandelingen gebeurden met een maximum interval van 48 uur om zo een optimale bestrijding te bekomen. De behandelingen werden gestart op 11 augustus en liepen door tot en met 8 oktober. Vanaf 19 augustus werd wekelijks de aantastingsgraad beoordeeld in het onbehandelde en het UV-behandelde object. Figuur 1 geeft duidelijk aan dat de behandelde objecten een veel lagere aantastingsgraad vertoonden dan de onbehandelde controle-objecten. Hoewel de infectiedruk relatief laag was (tot begin oktober slechts 15 % in het onbehandelde object), zagen we dat de UV-behandelingen een goede werking vertonen. Hier is de aantastingsgraad nooit boven de 3,5 % geweest. Op 11 oktober was er een aantasting van 25 % in het onbehandelde object ten opzichte van minder dan 1 % bij de UV-gewasbescherming. Vanaf 8 oktober werden er geen UV-behandelingen meer uitgevoerd, en ondanks de relatief hoge druk in het onbehandelde object, bleek dat de aantasting in het UV-object niet steeg. Mogelijk is er dus zelfs een lichte nawerking van de behandelingen. Dat zou een gevolg kunnen zijn van het steviger blad dat zich ontwikkeld heeft ten gevolge van de UV-behandelingen. Deze bladeren waren namelijk opmerkelijk harder en sterker dan die van de onbehandelde planten. Een goede dosering is echter noodzakelijk, want bij een te hoge dosis kan dit UV-licht bladverbranding en mogelijk groeiremming veroorzaken. Dat leidt dan weer tot een verkleind fotosynthetisch oppervlak en kan dus productieverlies teweegbrengen.
Naast het hardere blad bij de UV-behandelingen waren er ook enkele bladeren die wat nadeel van de behandeling ondervonden. De bladeren die over de bladkoord hingen en zo het dichtst bij de UV-lampen kwamen en die daarenboven in een positie stonden recht naar de UV-lampen toe, werden aan de hoogste dosis blootgesteld. Het zijn dan ook deze bladeren die nadeel ondervonden. Door de groei kwamen deze bladen nog dichter bij de lampen waardoor de dosering voor deze bladen nog hoger werd. Deze bladeren vertoonden dan ook wat verschrompeling. Het nadelige effect ten gevolge van de groei is eenvoudig te verhelpen door sneller te rijden naarmate de plant groeit, waardoor de dosering weer terug op het juiste niveau komt. Ondanks de licht aangetaste bladeren, was er geen significant verschil in productie. In beide objecten werd ongeveer 3 kg / m² geoogst (Figuur 2).
Aangezien de UV-gewasbescherming schimmeldodend werkt, werden er ook bewaarproeven uitgevoerd. Mogelijk kan er door de behandelingen in de plastic serre een voordeel naar bewaring zijn. Tijdens de oogstperiode werden er twee bewaarproeven uitgevoerd. Telkens werden 100 vruchten per object bewaard bij 12 °C. Door de vruchten gescheiden te bewaren werd voorkomen dat bewaarschimmels van de ene vrucht onmiddellijk een naburige vrucht zouden kunnen aantasten.
Besluit
Uit deze veelbelovende proeven kan je besluiten dat de CleanLight UV-gewasbeschermingstechniek zeker potentieel heeft om witziekte te bestrijden bij aardbeien op substraat. De lagere aantastingsgraden tonen de goede werking van deze techniek aan. De werking van deze techniek is curatief doordat het schimmeldodend werkt, maar mogelijk is er ook een ‘preventief’ effect doordat het blad sterker wordt en hierdoor minder vatbaar is voor witziekte. Je moet wel opletten voor te hoge doseringen en bijgevolg bladverbranding, hetgeen productieverlies kan veroorzaken. Dit kan je echter voorkomen door de dosering juist af te stellen en de lampen optimaal te positioneren zodat de lichtverdeling zo homogeen mogelijk is. Hierdoor is het verschil tussen de hoogste dosis en de laagste dosis voor de verschillende bladstanden kleiner, waardoor te hoge dosering voorkomen wordt en bladverbranding wordt vermeden. Door de constructie (en automatisering) verder te optimaliseren voor de aardbeienteelt kan het in de toekomst mogelijk zijn om witziekte te bestrijden met UV-licht. Indien nodig kan dit gecombineerd worden met een chemisch correctiemiddel indien de witziekte-aantasting de tolerantiegrens overschrijdt. Een bijkomend voordeel zou kunnen zijn dat de bewaring van de vruchten positief wordt beïnvloed door de UV-behandeling in de teelt.
T. Van Delm, P. Melis & K. Stoffels
Proefcentrum Hoogstraten, Meerle
Consumenten laten paprika´s met rottende steeltjes liggen. Dat maakt steeltjesrot een kostenpost die iedereen in de paprikaketen graag ziet verminderen. Bij de afdeling Sorteren en Verpakken van ZON fruit & vegetables in Venlo krijgen alle paprikasteeltjes sinds kort een gezonde dosis UV-straling. ZON verwacht zo schade door steeltjesrot te minimaliseren.
Het lijkt een relatief kleine aanpassing in de zestig meter lange Aweta sorteerstraat voor paprika´s bij ZON in Venlo. Nog altijd rollen de paprika´s met vrachtwagenladingen tegelijk, soms twaalf ton per uur, de transportband op. Nog altijd rapen vijf of zes mensen eerst op het oog de meest opvallende missers uit de niet aflatende stroom paprika´s - rode deze ochtend.
Nog altijd beweegt wat door die selectie komt automatisch door naar de camerasorteerder, die elke vrucht via twaalf lijnen naar een van zestien sorteringen stuurt. Maar tussen de menselijke - en de camerasorteerders zit sinds dit voorjaar een nieuw element. Daar rollen de paprika´s van de transportband op een ingenieus rollerbaansysteem onder zware zwartrubberen flappen van een grote rode overkapping door.
Van buitenaf is niet goed te zien wat die paar tellen onder die ophijsbare brug precies gebeurt. Er is alleen een blauwig zonnebank- schijnsel onder zichtbaar. “Daar zitten 24 speciale UV-lampen die de steeltjes van alle paprika´s belichten”, verklapt Marcel Hoekstra, technical manager bij Clean Light in Wageningen.
De UV-straling uit die lampen bestrijdt sinds kort de Erwinia-bacterie die zich soms op de steeltjes van de paprika´s bevindt. Clean Light werkte deze manier van na-oogst ontsmetting met UV uit en leverde de speciale lampen. Machinebouwers Aweta en De Vette integreerden de installatie in de sorteerlijn.
Hoekstra: “De speciale rollerbaan is om te zorgen dat de steeltjes aan alle vruchten lang genoeg met het snijvlak naar boven gericht onder de lampen door gaan.” De afdichting aan alle kanten is om te zorgen dat de mensen die naast de installatie werken niet bloot komen te staan aan de UV.
Schaalgrootte Het ontwerpen en realiseren van deze UV-installatie in de paprikasorteerlijn is voor de mensen van Clean Light een uniek project in zowel aanpak als schaalgrootte. Sinds 2005 deed het bedrijf de nodige ervaring op met de inzet van UV-lampen bij de gewasbescherming in de glastuinbouw.
Voor de grootschalige toepassing in de na-oogst bij paprika werd de UV-ontsmettingstechniek nog niet eerder ingezet. “De meeste gevallen van steeltjesrot bij paprika worden veroorzaakt door de Erwinia-bacterie”, legt Hoekstra van Clean Light uit. “Ons UV-systeem kan kiemen van deze bacterie effectief doden. Daarbij hoeven we de paprika´s niet nat te maken of bloot te stellen aan chemische middelen.
Uitdagingen bij dit project waren het vinden van de juiste dosering om Erwinia te stoppen bij de meest praktische doorloop snelheid. Daarnaast is het erg belangrijk dat het licht voldoende op precies de snijvlakken van de steeltjes valt, omdat juist op de snijvlakjes de Erwinia tot ontwikkeling komt.” Vandaar dus die draaiende rollen in dat deel van de sorteerlijn.
Een andere hobbel die bij deze specifieke installatie genomen moest worden was het garanderen van de voedselveiligheid. “Als je bedenkt om UV-lampen boven een van de grootste paprika sorteerders in Europa te hangen, dan moet je natuurlijk wel zorgen dat onder geen beding bijvoorbeeld glasscherven in of tussen het product terecht kunnen komen”, verduidelijkt Ries Neuteboom, sales manager bij Clean Light. Een scherm van teflon tussen de lampen en de paprika´s bleek de oplossing. “Dat geeft enig lichtverlies, maar daar konden we met de sterkte van de lampen rekening mee houden”, aldus Hoekstra.
Silvio Gielen is teamleider bij de paprika-sorteerlijn van ZON Sorteren en Verpakken. Hij heeft alle vertrouwen in het nieuwe systeem. “Het systeem draait sinds het begin vrijwel storingvrij en ik heb op basis van de theorie en eerdere ervaringen van de leverancier bij andere toepassingen geen twijfels over de werking ervan.” Hoewel sinds de ingebruikname steeds alle paprika´s met de installatie zijn behandeld, moet het precieze effect in de praktijk eigenlijk nog blijken. “We hebben dit jaar gelukkig nog vrijwel geen partijen met steeltjesrot gehad”, aldus Gielen.
Bemonstering eerder dit voorjaar leverde volgens de teamleider daardoor onvoldoende bruikbare uitkomsten op. “Maar de verwachting is dat Erwinia-druk de komende tijd wat gaat oplopen, dus we gaan er van uit dat we binnenkort echt de verschillen gaan zien.” Gielen benadrukt dat de aanpak door zijn afdeling één onderdeel is van de totale aanpak van steeltjesrot bij paprika, die begint bij een strikte bedrijfshygiëne op elke paprikakwekerij. “Met het UV-systeem in de centrale sortering pakken wij het probleem verder aan.”
Investering Voor ZON vergde die aanpak een investering van tussen de€ 40.000 en€ 50.000 voor de aanschaf van de installatie. Onderhoudskosten blijven als het goed is beperkt tot het periodiek nameten van de effectiviteit van de lampen (het werkzame deel van het spectrum is met het blote oog niet waar te nemen en moet dus met speciale apparatuur worden nagemeten) en het gemiddeld eens per jaar vervangen van de lampen.
Een installatie van een dergelijke omvang is waarschijnlijk vooral rendabel voor de allergrootsten onder de sorteerders van vruchtgroenten. Toch noemt sales manager Neuteboom de installatie in Venlo een belangrijk voorbeeld van de veelzijdigheid van de Clean Light technologie van UV Gewasbescherming. Succesvolle toepassing in de na-oogst van paprika´s voegt in zijn ogen een nieuw aspect toe aan de vele terreinen in de akkerbouw, glastuinbouw, vollegrondstuinbouw, greenkeeping en hobbymatige horticultuur waar UV Gewasbescherming al langer met succes wordt toegepast.
Overigens blijft ook met deze snelle en schone ontsmettingstechniek tovenarij onmogelijk. Hoekstra: “Paprikasteeltjes die al wat gerot zijn, komen helaas niet ineens weer gaaf onder de lampen vandaan. Maar ons systeem zorgt er wel voor dat geen nieuwe Erwinia meer tot ontwikkeling kan komen.”
‘De UV-lampen zuigen ook trips mee’ Het Wageningse bedrijf Clean Light ontwikkelde UV Gewasbescherming sinds 2005 aanvankelijk voor de toepassing in tuinbouwkassen. Telers pasten UV Gewasbescherming al toe bij de bestrijding van onder meer botrytis bij tomaat en gerbera, fusarium bij paprika, Mycosphaerella en meeldauw bij komkommer en meeldauw bij roos.
In de productiekassen van rozenveredelaar De Ruiter Innovations in De Kwakel werkt teeltspecialist Richy l´Amie de laatste jaren naar tevredenheid met een tot UV-installatie omgebouwde Micothon spuitrobot. “Het resultaat is vrij redelijk”, vindt hij, al benadrukt hij dat de optimale meeldauwbestrijding niet vanzelf komt. “Het vinden van de juiste dosering, dus de combinatie van de sterkte van de lampen met de rijsnelheid van de spuitrobot, is erg belangrijk. Bij een te hoge dosering krijg je toch wat verbranding in het gewas, bij te lage dosering loop je bij zeer meeldauw gevoelige rassen in een koud en vochtig voorjaar wat risico”, aldus l´Amie. “Maar als je het juiste recept hebt gevonden, tref je nog maar sporadisch een klein plekje meeldauw aan. We hoeven nauwelijks nog te spuiten.”
Het rozengewas bij De Ruiter krijgt dagelijks een dosis UV licht; de robot doet volgens l´Amie zo´n 5.000 m2 in een halve dag. Terwijl de UV Gewasbescherming wordt toegepast, kunnen oogst medewerkers elders in de kas gewoon hun werk doen. De UV Gewasbescherming blijkt tegen meer dan alleen meeldauw te werken. “Ik weet niet of het door het UV komt of doordat we minder bestrijdingsmiddel en uitvloeiers enzo toepassen, maar sinds we de UV Gewasbescherming toepassen, heb ik de gewassen harder zien worden en het blad glanzender. Het gewas lijkt daarmee ook beter weerbaar tegen andere plagen.”
In het verlengde daarvan deed l´Amie enige tijd geleden nog een frappante waarneming: “Volwassen, vliegende trips vinden het UV-licht onweerstaanbaar. Als de lampen door het gewas gaan, zuigen ze tripsen als het ware uit het gewas. De insecten vliegen tegen de lampen en verbranden. Dat ruimt dus ook lekker op.” Negatieve effecten op biologische bestrijders heeft l´Amie niet waargenomen. “ Dat zijn meer kruipende beestjes, die vliegen niet in de lampen.”
De combinatie van UV Gewasbescherming met biologische bestrijders is in zijn ogen juist ideaal. “Omdat we minder spuiten, blijven de bestrijders in het gewas actiever.” Micro- organismen bestrijden met UV-licht Het idee van de bestrijding van micro-organismen met UV licht is al vrij oud. Reeds in 1903 ontving de Deense arts Niels Ryberg Finsen een Nobelprijs voor de bestrijding van een tuberculosebacterie die de huidziekte lupus veroorzaakte met een geconcentreerde lichtbundel in een bepaald golflengtegebied.
Met de verdere ontwikkeling van kunstlicht en manieren om UV van bepaalde golflengtes op te wekken, kreeg UV-desinfectie in de eeuw die volgde talloze toepassingen. In de glastuinbouw wordt de techniek al vele jaren met succes ingezet voor de reiniging van giet- en recirculatiewater.
In de voedingsmiddelenindustrie wordt UV toegepast voor de desinfectie van vloeistoffen (bijv. water, stroop, emulsies en pekel), oppervlakten (bijv. voedsel, verpakking, transportband of werkoppervlak) of de lucht (bijv. in laboratoria en clean rooms). Veel (verpakte) verse producten zijn door UV-behandeling beter houdbaar gemaakt.
In 2009, when the effects of this technology became apparent to Lex+, they decided to abandon their handcarts, and they invested in an automated system that applied the lamps. In their case that was a SprayRobot from Berg Hortimotive, but a SprayRobot from Wanjet is also suitable for this technology. It rides fully automated through the greenhouse with a speed of 30 meters per minute.
Thanks to the automated control, the mildew has now virtually disappeared, from the crop, and also from the air in the greenhouse. Theo Baars concludes: “By now, the disease pressure is so low that several weeks go by without any need to interfere. If and when a little bit of mildew comes into our greenhouse and onto the crop, I run the machine for a few days, until the crop is vital and clean, once again.”
In 2011 en 2012 several of the other rose farms in Aalsmeer have followed the example set by Lex+. Carolijn Stokman, with a smile: “Yes, our neighbours follow our lead. And thus far they have saved 50%. Perhaps, one day, they will be as good as our own Theo Baars and reduce chemical crop protection altogether, just like we have managed.”
Publication date: 4/9/2013
Auteur: Ruud Jacobs
Onder de spreekwoordelijke rook van Europoor tis potrozenkwekerij Leo van der Harg sinds 2002 in bedrijf op de nieuwe locatie in Vierpolders. De oppervlakte van de moderne en zo goed als geheel geautomatiseerde kwekerij omvat 3 hectare. Van het stekken tot en met het uitsorteren hebben machines, robots en zelfs een ‘onbemande trein’ een groot deel van de dagelijkse werkzaamheden overgenomen. Van der Harg: ‘Ik zou eigenlijk niet weten wat ik hier nu nog zou kunnen automatiseren.’
Deense kweker
Jaarlijks gaan vanuit Vierpolders zo’n 4 miljoen potrozen op weg naar de afnemers. Kwaliteit en vooral een zo groot mogelijk aantal knoppen, en daarmee dus roosjes in legio kleuren, staan hoog in het vaandel van Leo van der Harg. ‘Door de Deense rozenkweker Torben Moth van kwekerij Rosa Danica ben ik op CleanLight gewezen. Ik kom daar zo’n twee keer per jaar. Hij gebruikt het systeem gemonteerd op een spuitboom al zo’n vier of vijf jaar en heeft inmiddels 46 spuitbomen voorzien van CleanLight. De lichtmodules zijn gecombineerd met een plastic folie, dat meerdere keren per dag over de rozen strijkt om zo de planten te stressen.
Die Deense kweker is razend enthousiast over het systeem en elke keer dat ik daar kwam, zei hij tegen mij dat ik ook zo’n systeem moest kopen’, zo laat een drukbezette Van der Harg even tussen alle werkzaamheden door weten.
Groeiremboom
Medio 2012 heeft Van der Harg zijn eerste zogeheten groeiremboom – een spuitboom zonder spuitdoppen, maar wel met CleanLight-modules – door het bedrijf Arend-Sosef laten bouwen. Inmiddels lopen dagelijks vijf groeirembomen met grote regelmaat over de potrozen in wording. Onder aan de groeibomen hangen CleanLight modules die gedurende de dag enkele malen een hoge dosering licht over de jonge potrozen uitstralen. Door het uitgestraalde licht leggen de planten een rem op de groei. Met de eveneens aan de boom gemonteerde folie worden de planten een paar keer per dag geaaid. Volgens Van der Harg raken de rozen hierdoor in stress en zorgt deze ‘massage’ voor fysiek sterkere rozen.
Van der Harg: ‘Hierdoor hoeven we minder vaak met chemische groeiremmers te werken. En dat levert uiteindelijk alleen maar kwaliteitsvoordelen op. Meer knoppen en dus meer bloemen per pot.’
In tegenstelling tot zijn Deense collega, die de CleanLight-modules met name voor de bestrijding van meeldauw én Botrytis inzet, heeft Van der Harg overduidelijk een andere motivatie. Dat is de reden waarom hij vrij lang heeft gewacht met de aanschaf. ‘Wij hadden en hebben hier geen last van meeldauw. De reden waarom we het systeem toch hebben aangeschaft is vermindering van chemische groeiremmers, om zo de kwaliteit van de potrozen te verbeteren.’
Volgens Van der Harg heeft hij de laatste anderhalf jaar helemaal geen meeldauw in zijn teelt aangetroffen en heeft hij slechts één keer tegen de gevreesde schimmelziekte gespoten. Nu belicht hij na de tweede snoei gedurende zeven dagen tien keer daags de opgroeiende potrozen.
In de dagelijkse praktijk op de kwekerij bleek dat het opwarmen van de uv-C-lampen boven de jonge planten voor bladschade zorgde. Volgens Van der Harg blijkt dat voor groeiremming het opwarmen van de lampen eigenlijk niet nodig is en de groeirembomen meteen over het gewas kunnen gaan.
Snelheid
Op de kwekerij in Vierpolders gaan de groeirembomen dagelijks met licht aan over de rozen. Dit gebeurt met een snelheid van zo’n 15 meter per minuut, voldoende voor het gewenste groeiremeffect. De gekozen snelheid is volgens de kweker de meest ideale vanwege de totale constructie van de licht-/groeiremboom.
Van der Harg heeft inmiddels vijf groeirembomen van uv-c-lampen voorzien. In totaal betreft het 120 modules met een zwakkere lichtsterkte. De groeirembomen gaan tien keer per dag met licht en tachtig keer per dag alleen met de folie over het gewas om zo de rozen te stressen. Volgens CleanLight-directeur Arne Aiking is dit in de potrozenteelt toegepaste concept ook bruikbaar voor boomkwekerijteelten onder glas en plastic. ‘In Nederland zijn er weliswaar nog geen proeven gedaan, maar in de bosboomkwekerij in Zuid-Afrika gebeurt dit wel al sinds 2011 in tunnelkassen, en onder glas ook in Zweden sinds 2012.’
Steklijn
Het feit dat de soorten die Van der Harg opkweekt wel last van Botrytis hebben, is de reden waarom hij op de kwekerij achter de volledig geautomatiseerde steklijn ook een CleanLight-module boven de transportband heeft geïnstalleerd. De door robots ingestoken stekjes worden na het planten kort belicht alvorens ze onder plastic gaan. In de praktijk blijkt deze eenmalige belichting echter niet of nauwelijks tegen Botrytis te helpen; dit omdat het slechts een momentopname is. Om Botrytis uit te bannen is volgens Aiking een frequente belichting noodzakelijk en zou het beter zijn om regelmatig met een lichtboom boven de onder folie geplaatste jonge stekjes langs te gaan.
Investeringen
De investeringen die Van der Harg heeft gedaan, liggen per groeiremboom op € 17.500 voor de constructie en € 7.500 voor de CleanLightmodules. Afhankelijk van de toegepaste snelheid gebruikt Van der Harg modules met lampen van 40 watt en 80 watt.
Ervaringen
Van der Harg heeft naar eigen zeggen inmiddels voldoende ervaringen met CleanLight opgedaan om een eerste oordeel te kunnen geven. Wat betreft het groeiremmende effect is hij overtuigd. Maar ook met betrekking tot het neveneffect op meeldauw en Botrytis klinkt de potrozenkweker redelijk stellig. ‘We hebben weliswaar nog wel last van Botrytis, maar ik weet niet wat het effect zou zijn als we CleanLight niet zouden gebruiken.
Het werkt wel, maar ik ben er niet zeker van of het de investering waard is. Daarvoor zitten we nog te veel in een testfase.’ Om de gevreesde Botrytis uit zijn potrozen te weren, wil Van der Harg nog schoner en ook met andere grond gaan werken.